De eerste jaren na de diagnose (2006) zocht ik voor alles wat gebeurde de oorzaak bij het autisme. Terugkijkend zat ik vreselijk in de slachtofferrol. Ik zag de persoon die m’n man was niet meer, ik zag alleen het woord AUTISME in grote letters op zijn voorhoofd staan. Gaf het autisme de schuld van alles wat gebeurde. Ik ging er als partner echt onder gebukt. Tenminste, dat was wat ik mezelf had aangepraat en wat ik overal om me heen bevestigd kreeg. Ik las en hoorde dat je met een autistische partner niet samen kon leven.
Nog steeds lees ik na al die jaren redelijk veel over autisme. Ik kom mooie en helpende dingen tegen, maar ook soms echt de gekste dingen die, als ik het moet geloven, er allemaal bij horen. Hoewel autisme in alles verweven is, is iemand meer dan autisme alleen en is iedereen uniek. Daarom kan in mijn ogen ook beter niet heel generaliserend over ZE gesproken worden, als in dat iedereen met autisme hetzelfde zou zijn. Soms vraag ik me zelfs af of iemand een werkelijk gediagnosticeerde autistische partner beschrijft of dat er heel andere dingen spelen waaraan gedrag toe te schrijven valt. Als iemand ten onrechte denkt aan autisme en daardoor een bijvoorbeeld narcistische echtgenoot als autistisch bestempelt, dan ontstaat er makkelijk een heel verkeerd beeld rondom autisme binnen de relatie.
Partners hebben ook een grote wisselwerking op elkaar. Als ik iets op een bepaalde manier doe, is de kans groot dat dat invloed heeft op m’n man. Hij zal daar op eenzelfde manier op terug reageren. Reageer ik kribbig, dan reageert hij ook geïrriteerd. Daarvan word ik dan nog kribbiger en hij nog geïrriteerder. Of andersom. Je beïnvloedt elkaar, meestal onbewust. Als je niet oppast, beland je makkelijk samen in een negatieve cirkel. En als je daar eenmaal in zit... Kunst is om uit die cirkel te blijven, en als je er toch in belandt, er snel weer probeert uit te stappen. Dat lukt je het best als je je niet alles te persoonlijk aantrekt. In het geval van mijn man kan het zomaar zijn dat hij kortaangebonden reageert, omdat er al teveel prikkels opgebouwd zijn. Dan past er niets meer bij. Het helpt mij als ik daar bij stil sta. Ook al begrijp ik niet altijd waar hij zo vol van zit, ik besef wel dát hij te vol zit en dat er simpelweg niets meer bij past. En belangrijk, dat het meestal niet door mij komt dat hij dan zo vol zit en sneller getriggerd is. Dat voorkomt dat ik er met gestrekt been tegen inga en het vervolgens escaleert. Hoe lastig het soms ook is, maar dit te beseffen helpt mij en ons enorm.
Ik trof gelukkig een jaar of 6 geleden een goede psycholoog die mij mijn eigen kwetsbare zelf weer liet zien en me liet inzien dat ook ik die negatieve spiraal in stand hield. Als ik verder wilde komen, moest ik m’n zelfopgelegde ketens los wrikken. Deze confrontatie met mezelf was het startpunt naar een veel sterkere en veel stabielere relatie, want doordat ik veranderde, veranderde m’n man ook. We veranderden en groeiden samen.
Het klinkt heel simpel, maar op dat punt kwamen we niet vanzelf, we hebben loodzware jaren gehad. Jaren van verwerken, van acceptatie en van ‘willen we dit?’. Het waren ook jaren waarin we leerden wat autisme inhoudt, vooral leerden wat autisme binnen de relatie inhoudt, en van in gaan zien dat niemand ergens schuld aan is en niemand het slachtoffer is. Van samen bijna kopje onder naar samen de weg weer terug vinden.
Op veel plekken lees je letterlijk dat als je partner autisme heeft, je beter kunt maken dat je weg komt. Dat je beter af bent zonder autistische partner. Als je dan zelf aan het worstelen bent, word je stevig gevoed in je gevoel dat het inderdaad allemaal aan het autisme ligt. Dat alles aan de ander ligt. Je slachtoffergevoel wordt bevestigd.
Zoek jij heel misschien onbewust ook een ietsiepietsie vaak de oorzaak bij autisme? Zie jij je partner of zie je eerst of alleen het autisme? Zit jij in die vicieuze en negatieve cirkel waarin ik ooit zat...?
In ons gezin ligt veel wél aan autisme, daar kunnen we echt niet omheen. Autisme is geen keuze, veel gevolgen daarvan zijn dat ook niet, maar samen aan de relatie, aan zelfreflectie en aan nieuwe mogelijkheden werken, kan dat wel zijn. Mits je het ook echt sámen wilt en kunt doen. Als je elkaar steunt en probeert te begrijpen, hoeft niemand zich een slachtoffer te voelen van de ander.
-Jolanda Hoenjet-de Jong-