Vaak hoor en lees ik dat het lijkt of een autistische partner niet luistert naar wat de andere partner te vertellen heeft. Of dat het hem of haar niets lijkt te interesseren wat je als partner vertelt. Mede door mijn eigen issues leerde ik steeds meer van het autisme van mijn man begrijpen. Graag vertel ik mijn persoonlijke verhaal en hoop hiermee een inkijkje te geven in hoe het er in een hoofd wat langdurig niet ontspannen is ongeveer aan toe kan gaan.
Ik heb een chronische depressie. Dat begon eind jaren 90 met een ‘normale’ depressie. Na een korte periode wat beter te zijn geweest, kwam het als zogenoemde recidiverende depressie terug. Nu, zoveel jaren later, heet het officieel een chronische depressie. Het is er en het blijft zeer waarschijnlijk onderdeel van mij. Medicijnen helpen me niet, dus ik moet het hebben van zoeken naar een zo goed mogelijke balans.
Depressie en autisme zijn 2 verschillende dingen, maar de gevolgen komen bij ons thuis op een aantal punten wel overeen.
Omdat mijn depressie al zo lang duurt, heb ik steeds een beetje meer ingeleverd van wat mij lukt. Ik loop regelmatig tegen mijn eigen grenzen aan. Ik ben snel moe, vaak ‘s morgens bij het wakker worden al. Als het psychisch lang genoeg niet goed gaat, gaat je lichaam langzaam maar zeker ook tegensputteren. Dat merk ik bij mezelf, maar ook bij m’n man. We snappen elkaars moeheid. Moe zijn zonder duidelijk aanwijsbare reden is erg frustrerend. Als de ander het dan niet begrijpt, kan dat voor extra en onnodige spanningen in een relatie zorgen. Begrip is dus erg belangrijk om te voorkomen dat het stapelt.
Ook geestelijk kan ik ineens gigantisch moe zijn. Er past dan niets meer bij in mijn hoofd. Daardoor komt het voor dat iemand me iets vertelt en dat ik eigenlijk geen idee heb waarnaar ik zat te luisteren. Dat is geen onwil, maar het past simpelweg niet meer. Mijn hoofd doet het niet, hoe hard ik ook mijn best doe. Ik vraag soms om een herhaling van wat werd verteld, maar dan nog, het lukt me niet altijd om op te slaan wat ik hoor. Wel horen dat er iets gezegd wordt, maar echt luisteren, de info goed opslaan én adequaat reageren, dat gaat niet altijd, hoe graag ik het ook zou willen.
Soms kan ik 2 keer in een paar minuten hetzelfde vragen. Dan kijkt m’n man me aan: ‘hé, dat vroeg je net ook’, maar dan was ik me daar niet van bewust. Ik sloeg mijn eerdere vraag en zijn eerdere antwoord blijkbaar niet op. Het zou goed kunnen dat mijn man het dan verkeerd heeft, dat juist zíjn hoofd uitgeschakeld staat omdat hij te moe is of te vol zit, maar als ook onze zoon zegt dat ik het net al gevraagd heb, dan geloof ik dat het mijn hoofd was wat niet meewerkte. Het gebeurt ook dat ik dácht iets te hebben gezegd en dat niet zo blijkt te zijn.
Dit soort dingen herken ik ook bij mijn man. Voor hem is het alleen veel moeilijker om aan te nemen dat hij iets al zei, of juist niet zei, zelfs als onze zoon het bevestigt. Ik neem het wél direct aan, maar mijn man kan zich niet zomaar verplaatsen en zich voorstellen dat z’n hoofd het niet goed deed. Daar zit een belangrijk verschil tussen ons.
Als ik iets vertel terwijl mijn man minder ruimte heeft, dan blijft hij langer dan gebruikelijk stil. Dan is hij bezig met proberen te plaatsen van wat ik zei. Dat lijkt op negeren, maar ik weet dat dat het niet is. Dit is zijn autisme. Meer schakeltijd en verwerkingstijd nodig hebben als het vol zit. Of hij gooit van alles door elkaar en kan dan een antwoord geven wat niet past bij m’n verhaal of vraag. Zelfs niet als ik kort en to-the-point ben. Zijn hoofd verbindt dan verkeerde lijntjes met elkaar.
Zelf heb ik inmiddels geleerd uit te spreken dat ik te moe ben en dat het me niet lukt begrijpend te luisteren. Het hangt er wel vanaf met wie ik ben en waar het over gaat. Gaat het over de nicht van de bakker van de buurvrouw, dan maak ik me niet al te druk dat ik niet helemaal volg. Anders vraag ik om een kortere versie of om het op een ander moment te vertellen. Ik wil namelijk wel graag horen wat iemand aan me kwijt wil.
Dat ik het bij mezelf herken is heel helpend, want het voorkomt dat het nog verder overstroomt. Ik kan Stop zeggen. Bij m’n man werkt dit anders. Hij merkt z’n te volle hoofd meestal pas op als het knalt van de hoofdpijn. Pas dan weet hij dat het niet goed ging, maar ja, dan is het al te laat…
Iets wat ik ook beter van m’n man ben gaan begrijpen, is het als een berg tegen dingen opzien. Of iets niet overzien. Niet weten waar te beginnen. Klussen in huis die daardoor blijven liggen. Voorheen pakte ik het direct op, nu missen het overzicht en de energie, waardoor klusjes stapelen en de drempel nog hoger wordt. Ik ben me hiervan erg bewust omdat ik voorheen alles wel kon. Het contrast met nu niet alles meer vanzelfsprekend lukt, is groot. Drukte of 7 dingen tegelijk kunnen doen, ik draaide er m’n hand niet voor om. Ik deed dat gewoon. Dat lukt nu alleen als ik er genoeg ruimte voor vrijhoud. Bewust rust pak voor er drukte is. Of na een drukke middag iets makkelijks plan als avondeten bijvoorbeeld. Het huishouden doe ik in stukjes. Iedere dag een beetje. Anticiperen en doseren, net als m’n man, om zo goed mogelijk overeind te blijven en ruimte te houden voor leuke dingen.
Ik heb geen autistisch brein, maar mijn eigen situatie helpt me in elk geval wel in mijn begrip voor autisme en in mijn begrip voor m’n man. Ik snap dat dingen hem niet altijd even goed lukken. Dit begrip werkt bij ons gelukkig beide kanten uit, want ook hij snapt het als mij iets niet lukt. Exact hetzelfde zullen de gevolgen van autisme en depressie niet zijn, maar er is bij ons absoluut een herkenbare overlap.
Doordat we elkaar beter leerden begrijpen, leggen we er samen niet nóg meer druk op. Waar we vroeger ongemerkt meer van onszelf of de ander verwachtten en het daarna vaak door een combinatie van irritatie, commentaar en moeheid ontplofte, vinden we nu meestal wederzijds begrip bij en voor elkaar. We hebben meer en meer onze eigen en onze gezamenlijke balans gevonden.
Graag voeg ik nog toe dat mijn depressie voornamelijk komt door dingen in mijzelf en dat het autisme in huis er niet de hoofdoorzaak van is. Dat wordt nogal eens verondersteld als je als partner-van een (chronische) depressie hebt. Het autisme draagt er echt niet altijd positief aan bij en natuurlijk is er een wisselwerking, maar zo werkt het andersom ook. Mijn depressie heeft net zo goed gevolgen voor mijn man.
Het gaat hier echt niet altijd vlekkeloos, maar hoe lastig of ingewikkeld zijn autisme en mijn depressie soms ook zijn, we hebben onszelf en elkaar geaccepteerd. Dit hoort bij ons. Het maakt ons ook óns.
-Jolanda Hoenjet-de Jong-